Meer verbinding tussen Barneveld en OddV door Omgevingswet

Hoe staan de voor­bereidingen op de Omgevingswet ervoor bij onze partners? Waar zijn ze druk mee, wat gaat goed en wat wordt nog een uitdaging? In deze editie van Ruimte komt Sietze Hoekstra aan het woord over de voor­bereidingen bij de gemeente Barneveld. En dat niet alleen, want Jorrit ten Böhmer schuift namens Omgevingsdienst de Vallei ook aan. Ze vertellen over de samenwerking tussen beide organisaties en wat gaat veranderen door de Omgevings­wet. “Meer afdelingen van de gemeente Barneveld moeten kennis­maken met OddV.”

Jorrit ten Böhmer
“Samen willen is samen kunnen”

­Voor veel medewerkers van Omgevingsdienst de Vallei zal Sietze geen onbekende zijn. Hij werkt als jurist bij de afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling van de gemeente Barneveld, is deelprojectleider bij de voorbereidingen op de Omgevingswet voor het thema VTH/Keten­samen­­werking én is regie­functionaris voor OddV. Voor zowel grote als kleine vragen weten OddV’ers Sietze te vinden. Ook houdt hij zich in deze rol bezig met de planning & controlcyclus en begrotingen. En daar komt Jorrit in beeld. Als adviseur bedrijfsvoering ondersteunt hij OddV bij het financieel gezond houden van de organisatie. “Daarvoor zijn realistische uitvoerings­plannen belangrijk. Ze moeten goed aansluiten bij de praktijk en ervoor zorgen dat wij als omgevings­dienst voldoende capaciteit, kennis en kunde hebben,” vertelt Jorrit. Om realistische uitvoerings­plannen op te kunnen stellen, is een goede voor­bereiding op de Omgevingswet essentieel.

Sterkere verbinding

En een goede voorbereiding op de Omgevingswet, die doe je als overheids­organisatie niet alleen. Daarvoor is verbinding en samenwerking onmisbaar, ook tussen de omgevingsdienst en de gemeente. “Er is al veel verbinding tussen OddV en Barneveld,” vindt Sietze. Maar bij de Omgevingswet gaan er dingen veranderen. Jorrit stelt: “De verbinding wordt niet anders, want de taken blijven hetzelfde of verschuiven. Maar de verbinding moet sterker worden. Bij het maken van een omgevingsplan bijvoor­beeld: we hebben elkaar nodig.” Het uitbreiden van de toetsingsgronden onder de Omgevingswet zorgt er eveneens voor dat er sterkere verbinding nodig is. “Gezondheid en veiligheid gaan dan bijvoorbeeld ook getoetst worden,” licht Sietze toe. “Vanouds was de verbinding tussen de gemeente en OddV vooral bij Ruimtelijke Ontwikkeling sterk. Straks gaan ook andere afdelingen erbij betrokken worden. Meer afdelingen moeten kennismaken met OddV.”

Meerwaarde voor de burger

Al die verbinding en samenwerking voor de Omgevingswet dient uiteindelijk één doel: het belang van de burger. Maar daarover moet je ook realistisch zijn, vinden Jorrit en Sietze. “We kunnen er niet omheen: burgers zitten in eerste instantie niet op ons te wachten,” zegt Jorrit. “Mensen willen geen vergunning, ze moeten verplicht een vergunning aanvragen.” Een gemiddelde burger maakt in zijn leven maar een paar keer gebruik van de diensten van de omgevingsdienst. “Daarom moeten we ervoor zorgen dat ze op die momenten een goede ervaring hebben.” Jorrit wil ernaartoe werken om gezamenlijk een plan beter te maken. “Daarmee bedoel ik de omgevings­dienst, de gemeente en de initiatiefnemer. Dan ziet de burger ook de meerwaarde van de Omgevingswet.” Volgens Jorrit maakt de Omgevingswet zelf de dienstverlening niet beter. “Maar de wet biedt wél de mogelijkheid om die te verbeteren.” Dat wordt bepaald door de lokale invulling, zegt Sietze. “En de intentie tot verbetering is overal aanwezig. Wie wil er immers geen betere dienstverlening? Maar iedereen heeft daarbij weer een ander perspectief. En dat is soms lastig.”

Uniformiseren versus couleur locale

­Sietze vertelt dat verschillende samen­werkings­­partners in de regio een regiegroep hebben opgericht ter voorbereiding op de Omgevings­wet. Hierin zijn ook de gemeente Barneveld en Omgevings­dienst de Vallei vertegen­woordigd. “In de regiegroep zijn de minimale acties die OddV heeft geïnven­tariseerd het uitgangs­punt,” vertelt Sietze. “Dat is wat er minimaal geregeld moet zijn zodat de omgevingsdienst per 1 januari 2022 alle taken kan uitvoeren. Ook kijken we daarbij naar de kaders, zoals de leges­verordening.” Volgens Sietze is de regiegroep belangrijk, omdat er kruisbestuiving is en je van elkaar kunt leren. “Tegelijkertijd zit daar ook een gevaar. Je lost één kwestie op, en krijgt er drie vragen bij. Zo kan het steeds groter worden. Daar moet je goed op letten.” “Ik zie het risico dat we bij OddV achter de feiten aan moeten lopen,” zegt Jorrit. “Gemeenten doen voorbereidingen immers in hun eigen tempo. De Omgevings­wet biedt kans voor uniformiteit, maar ook voor grote verschillen.” Daar heeft Sietze begrip voor. “Als medewerker van de gemeente moet ik ook soms wachten op input. Van de gemeenteraad, van het college of van andere partners. En iedereen heeft daarbij zoals gezegd weer een eigen perspectief.” Volgens Sietze moet er daarom een goede balans gevonden worden tussen uniformiseren en couleur locale. “Wat mij betreft is het doel van de samen­werking: als samen­werking kan, moet het gezamenlijk worden opgepakt.”

Niet gek laten maken

­Ondanks al die uitdagingen hebben Jorrit en Sietze vertrouwen in de voor­bereidingen. “2021 wordt een spannend jaar. Maar als we het gestructureerd aanvliegen, dan lukt het,” stelt Sietze. “We moeten 2021 ook gebruiken voor een goede planning. Gelukkig hebben we genoeg specialisten om alles voor elkaar te krijgen,” vult Jorrit aan. Beiden noemen denken vanuit het gezamenlijk belang essentieel. “We staan met z’n allen voor dezelfde uitdaging,” zegt Sietze. “Het is noodzakelijk om samen te werken en we hebben er ook nog eens allemaal baat bij.” Of, zoals Jorrit het verwoordt: “Samen willen is samen kunnen.” En uiteindelijk wordt het ook ‘gewoon’ 1 januari 2022. “Dan bestaat de gemeente nog, bestaat OddV nog. Er ligt een grote opdracht, maar we moeten ons niet gek laten maken. Het voelt voor veel mensen groot, maar het komt goed,” zegt Sietze. Niet alles hoeft bovendien veranderd te worden, zegt Jorrit. “We moeten er de nadruk op leggen dat onze dienst­verlening op hetzelfde niveau blijft.” Sietze besluit: “Mijn oproep is: benoem de vraag­stukken, prioriteer en werk ze uit, en blijf in verbinding. Dan wordt de Omgevingswet een succes.”

Sietze Hoekstra
­“Blijf in verbinding. Dan wordt de Omgevings­wet een succes”